Leopold-2 en de Commons

rafcusters

Hoe verraderlijk mooie woorden kunnen zijn, blijkt uit een tentoonstelling in het museum BELvue en een documentaire in de Botanique. Allebei ontleden ze de koloniale propaganda van weleer en halen haar mechanismen naar boven. De analyse is ook voor vandaag nuttig. Want onze machthebbers brengen ons dagelijks met propaganda voor hun vuile zaakjes in beweging.

 

Op een zondagochtend (het is 21 september) ligt het blad De Zondag bij de bakker, met deze titel : 'Jihad komt dichterbij'. Met hoeveel centimeter ? vraag ik me (om te lachen) af. Dat is van weinig belang. Wat telt is het effect in onze hoofden. Wanneer ik daar aan de toonbank de titel nog eens luidop uitspreek, antwoordt me een dame : ‘maar, dat is niet om te lachen’. Zo is het maar net, het is niet om te lachen hoe efficiënt propaganda kan zijn.

Propaganda werkt. Als ze er middelen voor krijgt. Voor deze nieuwe oorlog is er niet op een euro of dollar gekeken. Hoe ze ons met drama hebben bestookt, het was niet bij te houden. Ze wilden er zeker van te zijn dat België, als meeloper van de NAVO, zich opnieuw in een oorlog zou storten aan de zijde van de VS. Op de beslissende dag, vrijdag 26 september, stemde heel de Kamer (op twee nieuwe linkse volksvertegenwoordigers na) ervoor dat België andermaal ten oorlog trekt. Zonder het einde van de stemming af te wachten, waren er al zes F-16-straaljagers opgestegen. Ze zetten koers richting Irak.

Met propaganda probeert de boodschapper mensen in zijn kamp te krijgen. Een anecdote, van iets langer geleden. Over de tranerige romance van Dokter Zhivago. De Russische auteur Boris Pasternak had zijn manuscript klaar kort voor de Wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel klaar. Het verhaal speelt zich af tijdens de Bolsjevistische revolutie tegen de tsaren in 1917 en de jaren daarna. Pasternak rekent in dit boek af met het regime in Moskou. Een uitgave in zijn eigen land was niet mogelijk. De auteur smokkelde daarom het manuscript naar Italië. Dat wekte de aandacht van de CIA, de Amerikaanse inlichtingendienst. Die besliste het boek in de Sovjet-Unie zelf te verspreiden, en trok flink wat dollars uit voor een Russische uitgave. Dan komt Expo-58. Daar worden tientallen exemplaren van Dokter Zhivago gratis uitgedeeld aan de bezoekers uit Moskou. Het paviljoen van het Vatikaan helpt daar ijverig aan mee. Dokter Zhivago hoort bij de eerste van een reeks anti-communistische publicaties. Later volgen Alexander Solsjenitsin en de samizdat-bladen. Ze luiden het totale verval van de Sovjet-Unie in, waardoor deze mogendheid uiteindelijk weer door prive-kapitalen kan worden gerekoloniseerd.

Koloniseren, rekoloniseren : propaganda dient om zich toe te eigenen wat van anderen is, of het nu om grondgebied of goederen gaat, om zielen of breinen. De Belgen hebben op dit terrein niets van de Amerikanen te leren. Tijdens de Belgische kolonisatie van Midden-Afrika legde België een buitengewoon meesterschap met propaganda aan de dag. De tentoonstelling Onze Congo. De Belgische koloniale propaganda onthuld, in het BelVue-museum toont dat goed.

Onze Kongo - De Belgische koloniale propaganda ontsluierd / Museum BELvue, Paleizenplein, 7, 1000 Brussel / Van 3 oktober tot 30 november / www.belvue.be

Dit is een remake van de expositie die de vereniging Coopération Education Culture in 2000 realiseerde. Ze beslaat de hele Belgische koloniale periode, van het einde van de 19-de eeuw toen koning Leopold de Tweede van Congo zijn persoonlijk wingewest maakte, tot aan Congo’s onafhankelijkheid in 1960. Dit keer werkte de CEC samen met de Congolese historicus Elikia Mbokolo om de inzichten over de Belgische koloniale propaganda te verdiepen.

Professor Mbokolo : 'de kolonisatie had economische objectieven. De grootmachten aasden op de nieuwe landen omwille van hun grondstoffen en om deze nieuwe landen in werking te stellen, zo je wil, bij voorbeeld met de aanleg van spoorwegen. De ondernemingen en de bankiers van de metropolen waren daarop uit. Maar ze wilden dat niet openlijk laten blijken. Ze zeiden: wij doen aan beschavingswerk. Dat impliceerde natuurlijk dat de anderen niet beschaafd waren’. De propaganda deed geloven wat de koning en de Belgische haute bourgeoisie wilden dat de publieke opinie geloofde. Propaganda is niet rechtuit, ze bedriegt. ‘En de Belgische koloniale propaganda', zegt professor Mbokolo, 'is zo doeltreffend geweest dat de Belgen effectief geloofden wat hen werd verteld’. 

[i]

Hoe valt dat te verklaren ? Elikia Mbokolo : 'Dit was om te beginnen echte propaganda. Dat betekent dat de verantwoordelijken instructies ontvingen van de top van de hiërarchie over wat ze moesten verkondigen. Daarbij komt, en dat was absoluut geniaal, dat werkelijk alle dragers zijn gebruikt om de boodschap van de kolonisator te verspreiden. Noem het maar, boeken, affiches, films, de pers, maar ook koekjesdozen of wikkels van chocolade, werkelijk alles is voor de propaganda gebruikt’. Mbokolo legt daar extra nadruk op, er is geen enkele drager die niet door de Belgische staat voor het maken van propaganda is gebruikt. 'Als België geen land met een democratisch kiessysteem zou zijn’, aldus professor Mbokolo, 'dan zou je kunnen denken dat je hier met een totalitair systeem te maken had' ! 

Het Belgische bestel heeft zijn eigen bevolking bedrogen. De Belgen geloofden dat alles goed ging in Congo, dat daar onbaatzuchtig beschavingswerk werd verricht. Niemand wist van de revoltes in Congo of van de feitelijke segregatie tussen wit en zwart. Toen de onafhankelijkheid eraan kwam, verwachtten de Belgen een overgang zonder grote schokken. Maar dat pakte anders uit. De onafhankelijkheid was een radikale breuk. De Belgen waren in shock over de 'ondankbaarheid' van de Congolezen. Het gevolg is volgens professor Mbokolo geweest dat België niet meer over Congo sprak. Het doek viel over de vroegere kolonie. Maar jarenlang was steeds opnieuw dezelfde boodschap herhaald. En de effecten van die propaganda bleven hangen. De clichés over de ‘Zwarten’ en hoe die dan wel waren, hadden zich vastgeankerd in ons on-bewustzijn (‘inconscient’). Al die stereotiepen dateren van de kolonisatie en blijven aanwezig in wat en hoe we denken. Het blijft dus nodig de propaganda te ontleden en haar mechanismen en impact te tonen. De tentoonstelling Onze Congo spoort de bezoekers aan ‘om afstand te nemen van de koloniale ervaring’, zegt Elikia Mbokolo, 'om de impact van de propaganda uit te wissen’.

De analyse mag niet beperkt bijven tot de Belgische kolonisatie. De propaganda moet ook voor andere gebieden en andere perioden worden uitgebeend.

Dat is wat de filmmaker Jean-Marie Teno uit Cameroun doet, in zijn documentaire Le malentendu colonial

[ii] 

Le malentendu colonial /Jean-Marie Teno / Zondag 5 oktober om 14h30, zaal Atelier, in de Botanique / Koningsstraat 236, 1210 Brussel / www.bxl.attac.be/cinema

Cameroun was als kolonie bezet door Duitsland, van 1884 tot aan het Verdrag van Versailles van 1919 (die het ‘mandaatgebied’ verdeelde tussen twee andere koloniale machten, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk). Maar Jean-Marie Teno spreekt niet over Cameroun, hij spreekt over de Duitse koloniale propaganda over Zuidwest-Afrika (vandaag Namibië). Dit land werd door Duitsland 'bestuurd' van 1884 tot 1915, toen het door de Britten werd veroverd (waarna het in 1920 een provincie van Zuid-Afrika werd). Le malentendu colonial laat zien hoe Duitsland de godsdienst als drager van propaganda in de kolonisatie integreerde.

Het evangelie, aldus Jean-Marie Teno, was geen instrument van bevrijding, het was een instrument van onderwerping. De maker zegt het zo in zijn film : 'De Europeanen vonden een ziekte uit : de wildheid van Afrika, en daarvoor hadden ze een remedie, namelijk de beschaving. Ze lieten geloven dat hun wreedheden tegen Afrikanen in feite het welzijn van diezelfde Afrikanen ten goede kwamen’. Er was zogenaamd een groot gemis in Afrika, en dat werd ingevuld met god en het goddelijk licht. De Duitse kerk en de missionarissen gingen het spel meespelen. Ze praatten de genocide tegen de volkeren van Namibië goed, ze loodsten de overlevenden naar concentratiekampen en prenten hen de stichtende deugd van de arbeid in. Want nader bij de Blanke komen, dat ging alleen wanneer je werkte. Dat was de prediking. Uit Teno’s documentaire blijkt hoe die boodschap mettertijd alleen maar harder is geworden. Zo kwam het bij voorbeeld dat Heinrich Vedder, een ideoloog van het Duitse missioneringswerk, de kant van de Nazi’s koos en na de Tweede Wereldoorlog, toen hij genazificeerd was, minister werd van de dictatuur van de Apartheid in Zuid-Afrika.

De kolonisatoren in Congo en Namibië hebben dezelfde pretentie. Ze achten zich superieur aan de mensen in de kolonie. Dat superioriteitsgevoel blijft de hele koloniale periode aanwezig. Na de Tweede Wereldoorlog bij voorbeeld brengt de voorzitter van de Belgische christelijke vakbond een bezoek aan Congo. Daarna schrijft hij het volgende in zijn rapport : ‘Het komt erop aan naar een meer algemene rechtstitel te zoeken, waardoor het meer gevorderde volkeren geoorloofd is staatskundig of ekonomisch beslag te leggen op het grondgebied van minder gevorderde volkeren. Twee onafscheidbare begrippen liggen deze rechtstitel ten grondslag. A. Het principe van de goddelijke bestemming der aardse goederen (...) en B. De beschavingstaak van de kolonizatie’. 

[iii]

De zogenaamde superioriteit van de Westerling geeft hem met andere woorden het recht zich de aardse goederen van andere volkeren toe te eigenen.

Dit is de reactie van professor Mbokolo : 'Sommige volkeren zouden dus aanspraken over het geheel van de mensheid kunnen laten gelden. Daardoor zouden ze bij de anderen mogen binnendringen, hetzij om de goederen uit te baten die zich daar bevinden en die niet voor de hele mensheid ten nutte worden gemaakt, hetzij om die volkeren te beschaven, hetzij om bij hen structuren en praktijken binnen te brengen, van politieke, ambtelijke of andere aard, die die volkeren niet kennen. Dat is het recht op inmenging : om te beschaven, te bekeren, om medische of humanitaire hulp te verlenen enzovoort. Dat recht op inmenging berust op de idee dat sommige volkeren van god het goddelijk recht hebben gekregen om bij anderen het recht in te stellen. Dat idee is absoluut verwerpelijk. Want alle volkeren zijn gelijk, zoals ook alle individuen gelijk zijn. De filosoof Descartes zei het zo : het gezond verstand is het gemeengoed dat het best is verdeeld'.

Vandaag is er een debat gaande over het gemeengoed, ook wel : de Commons of de Biens Communs. Daar zitten adders onder het gras. Het idee van de Commons wint veld tegenover de privatisering. Privatisering betekent dat particuliere belangen beslag leggen op stukken van het publieke domein. Dat kunnen materiële zaken zijn, zoals openbare gebouwen, straten en pleinen, natuurgebieden en cultuurgronden, maar ook minder materiële of niet-materiële zaken zoals geneeswijzen, computersoftware, fabricagemethoden enz. Wanneer ze geprivatiseerd zijn, kan de gemeenschap er geen gebruik meer van maken, tenzij ze er (vaak duur) voor betaald. De opbrengsten belanden dan bij een kleine groep van particuliere uitbaters. De trend heeft vanaf de jaren ’90 mega-dimensies aangenomen. Het zijn ook mega-ondernemingen die eraan meedoen en ervan profiteren. De idee van de Commons zegt dan : tot hier en niet verder, dit is ons domein dat wij collectief inrichten, en daar blijven de privé-belangen met hun tentakels vanaf.

Intussen steekt echter propaganda de kop op die van de Commons een instrument maakt om, zoals Elikia Mbokolo het uitdrukt, binnen te dringen bij de anderen en hun ‘aardse goederen’ onder voogdij te plaatsen, of, zoals dat nu heet, onder Goed Bestuur (‘Governance’). Dat hoor je nu bij voorbeeld zeggen over het regenwoud en de biodiversiteit van de Amazone (want het woud wordt gehakt), of over de grondstoffen in landen van het Zuiden (want die worden met slavenarbeid uitgebaat). Sommigen vinden dat de ‘internationale gemeenschap’ daar zeggenschap over moet hebben, in naam van de ‘duurzame ontwikkeling’ en om ze te behoeden voor roofbouw. De redenering slaat aan. Maar dikwijls wordt ze luidruchtig verkondigd door zakelijke belangen die liever niet hebben dat hun echte bedoelingen bekend geraken. De gemeenste van deze campagnes misbruiken onze solidariteit met de anderen om hen onder bewaking te plaatsen. En spelen de anderen het spel niet mee, dan stuur je toch gewoon een vlucht F-16’s. 


[i]

Het interview met professor Elikia Mbokolo, dat plaatsvond op 11 september in Brussel, is te zien via deze link : https://vimeo.com/107337868

[ii]

Le malentendu colonial, 78 minuten, 2005. Realisatie Jean-Marie Teno, productie Les Films du Raphia, Films pour un seul monde.

[iii]

Pauwels, Henri (voorzitter van het ACV), Het syndikalisme en de kolonie, Brussel, 1946, pag.26-27.